maandag 12 oktober 2009

Het DSB sprookje

In een land hier heel ver vandaan woonden eens twee akelige mannetjes. Allebei de mannetjes vonden geld heel belangrijk. Het bijzondere was dat het ene mannetje er uitzag als een echt heel akelig mannetje, terwijl het andere akelige mannetje er uitzag als een heel vriendelijk mannetje.

Op een kwade dag kwamen de akelige mannetjes elkaar tegen en natuurlijk gingen zij ruzie maken. "Jij bent een akelig mannetje", schreeuwde het ene akelige mannetje tegen het andere akelige mannetje, "en iedereen moet dat weten."
"Jij bent zo'n akelig mannetje", fluisterde het andere mannetje, "dat ik geeneens meer met je wil praten" en hij stopte zijn oren dicht.
Toen begon het andere mannnetje nog harder te schreeuwen, op de radio en op de tv, "Pak het fluisterende mannetje zijn geld af, want hij is echt akelig." "Oh, oh", dachten de mensen uit dat land hier heel ver vandaan, "hij is wel akelig en schreeuwt wel hard, maar ik heb nog geld uitgeleend aan dat fluisterende mannetje, dat ga ik maar eens terug vragen."

Zo gezegd, zo gedaan, en hoewel de portemonnee van het fluisterende akelige mannetje heel groot was, werd die toch al snel heel dun. Toen de bazen van het land hier heel ver vandaan dat zagen pakten zij de portemonnee af. "Geef die maar hier, dan verdelen wij de rest wel"

Helaas zat er niet meer genoeg in de portemonnee om iedereen zijn geld terug te geven. Toen werden de mensen van het land hier heel ver vandaan wel een beetje boos, "Waar is ons geld nou, akelig mannetje ?" riepen ze, en tegen het schreeuwende mannetje riepen zij "Akelig mannetje je had niet zo moeten schreeuwen, dan was alles nog goed geweest."
De andere mensen gingen gauw naar huis om hun centjes te tellen en zeiden tegen elkaar "Het is hun eigen schuld, moet je maar geen geld aan akelige mannetjes geven".

De mensen die hun geld kwijt waren moesten een beetje huilen, maar na een paar dagen dachten zij "Och het zingende mannetje uit ons land was laatst nog veel meer geld kwijt geraakt, en die kan ook nog lachen, zo lijk ik eigenlijk wel een beetje op het zingende mannetje. " Toen werden
ze weer een klein beetje blij.

En de akelige mannetjes ? Die pakten ze op en stopten ze bij elkaar in één cel. "Zo", zeiden ze, "en we laten jullie er pas weer uit als jullie geen akelige mannetjes meer zijn."

En iedereen in dat land hier heel ver vandaan, leefde nog lang en gelukkig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten